Een REIT-regime in Nederland kan volgens staatssecretaris mogelijk het investeringsklimaat verbeteren; regime moet wel in lijn zijn met Europese juridische kaders en geen belastinglekken creëren
Op vrijdag 7 juni 2024 heeft de demissionaire Staatssecretaris van Financiën een brief gestuurd naar de Tweede Kamer over een onderzoek naar de voor- en nadelen van een mogelijk Nederlands Real Estate Investment Trust ("REIT")-regime.
Een REIT-regime is een fiscaal regime dat collectief beleggen in onroerende zaken faciliteert via lichamen, zonder additionele heffing van (vennootschaps)belasting en waarbij de belastingheffing zoveel mogelijk wordt verlegd naar de aandeelhouders/participanten. Veel van de ons omringende landen kennen een REIT-regime.
In Nederland fungeert het regime voor de fiscale beleggingsinstelling ("fbi") momenteel als het Nederlandse equivalent van een REIT-regime, maar deze zal vanaf 1 januari 2025 niet meer beschikbaar zijn voor directe beleggingen in Nederlands vastgoed als gevolg van de Wet aanpassing fiscale beleggingsinstelling.
Tijdens de parlementaire behandeling van laatstgenoemde wet heeft de staatssecretaris naar aanleiding van vragen uit de Eerste Kamer toegezegd een onderzoek te zullen verrichten naar de voor- en nadelen van een apart Nederlands REIT-regime.
De inhoud van de Kamerbrief kan als volgt worden samengevat.
De staatssecretaris begint met een uitleg over de geschiedenis van het fbi-regime. Vervolgens geeft de bewindsman een overzicht van het REIT-landschap in Europa, waarbij hij opmerkt dat dertien andere EU-lidstaten en het Verenigd Koninkrijk REIT-regimes hebben. De staatssecretaris benadrukt dat er geen harmonisatie is op EU-niveau, wat leidt tot variaties in hoe REIT's en hun investeerders worden belast in verschillende landen. Het doel van een REIT-regime is ervoor te zorgen dat collectief beleggen in vastgoed kan, zonder dat de tussenkomst van een REIT leidt tot extra belastingheffing.
De staatssecretaris zet vervolgens de voordelen van een REIT-regime in Nederland uiteen, met nadruk op het feit dat het collectieve beleggingen kan faciliteren en mogelijk het investeringsklimaat kan verbeteren door buitenlands kapitaal aan te trekken. Dit is met name relevant voor de bouw en verduurzaming van onroerend goed, inclusief woningen. De staatssecretaris vermeldt dat Nederlandse institutionele beleggers bijna hun maximaal toegestane investeringen in Nederlands vastgoed naderen vanwege diversificatievereisten, en dat daarmee buitenlands kapitaal nodig is.
De staatssecretaris wijst ook op mogelijke aandachtpunten van een Nederlands REIT-regime, zoals de noodzaak om ervoor te zorgen dat het in lijn is met Europese juridische kaders en geen belastinglekken creëert. De staatssecretaris heeft ook oog voor de budgettaire impact van een REIT-regime. Het regime kan leiden tot inkomstenverlies voor de overheid, en de noodzaak van systeemwijzigingen binnen de Nederlandse belastingdienst.
De staatssecretaris bespreekt verder verschillende ontwerpaspecten van een potentieel REIT-regime, waaronder de relatie met het bestaande FBI-regime, juridische haalbaarheid, belastingtarieven, toegankelijkheid voor investeerders en financieringsvereisten. De bewindsman geeft daarbij de suggestie dat een REIT-regime beperkt zou kunnen blijven tot beursgenoteerde partijen.
Tot slot stelt de staatssecretaris dat hoewel veel Europese landen een REIT-regime hebben, het daadwerkelijke effect van zo'n regime in Nederland afhankelijk zou zijn van het uiteindelijke ontwerp. Het zou collectieve beleggingen kunnen faciliteren en het investeringsklimaat verbeteren. De staatssecretaris benoemt ook dat andere factoren investeringsbeslissingen kunnen beïnvloeden. De beslissing over de wenselijkheid en het ontwerp van een REIT-regime laat de staatssecretaris over aan de volgende regering, gezien de huidige demissionaire status van het kabinet-Rutte IV.
De gehele Kamerbrief vindt u hier.
